
Tekst: Maartje Kunnen
Foto: Charlotte Grips
Vlammende punk tegen het patriarchaat: ‘Die, bitch!’
“I’m gonna kill my sister! She stole my eyeliner!” schreeuwt frontvrouw Saira – in het dagelijks leven slager – in de microfoon. Samen met Bisma (bassist en striptekenaar) en Ayesha (drummer en taxichauffeur) vormt ze een punkband onder de hoede van manager Momtaz, die gehuld is in niqab en rooksluier. Ze zijn geïnspireerd door all female bands als Dickless, Le Tigre en Babes In Toyland. Als het gebedstijd is, onderbreken de muzikanten hun repetitie en knielen neer op hun kleden. “Lady Parts. That was their band name, concocting a confused mix of hash anthems and sour girlpower. One part boredom, two parts identity crisis,” introduceert verteller Amina de band in de Britse comedyserie ‘We Are Lady Parts’.
Het is één van de geestigste series die ik de afgelopen tijd heb gezien (seizoen 2 werd in april ’25 op de NPO uitgezonden). Jammer dat de band alleen in de serie bestaat (en niet uit Nederland komt), anders hadden ze hun nummer ‘Voldemort Under My Headscarf’ – dat nummer bestaat overigens echt, zoek maar op Spotify – zo aan kunnen leveren voor ‘Girls To The Front’. Deze LP werd op 8 maart (Internationale Vrouwendag) gepresenteerd in Ekko in Utrecht en bevat 14 vlammende nummers van Nederlandse acts die vallen in de categorie FLINTA. (En ja, er doen wel mannen mee op de plaat, ze worden heus niet buitengesloten, maar ze zijn hier even geen frontman.)
Een van de bands die een nummer heeft aangeleverd is het Eindhovense Death Sells. Zangeres Michaela Nitsotoli over de uitverkochte avond in Ekko: “Iedereen was superenthousiast en emotioneel. Bij de bands overheerste een gevoel van dankbaarheid dat we hier met zijn allen konden staan, ondanks alles wat er gaande is in de wereld.” Het publiek bestond voor het overgrote deel uit jonge mensen (dertig min) van alle genders en seksualiteiten, ieder op diens volstrekt eigen manier gekleed. De bandleden hebben allemaal het idee dat deze nieuwe, inclusieve punkstroming onder jongeren aan het groeien is. Hoe zouden ze de stroming noemen? Nitsotoli: “Je moet niet aan old school punk denken.” Drummer Mees Weterings: “Meer postpunk.” Nitsotoli: “Nee, dat is ook al geweest.” Gitarist Jef Maimon: “Postpostpunk.” Gelach. Nitsotoli: “Met invloeden van hiphop en pop.”
Hoewel de bands allerlei verschillende achtergronden hebben, klinkt de plaat als één consistent geheel, deze nummers horen bij elkaar. Ze trappen de tijdgeest op zijn staart. Aan de ene kant zijn er woedende songs (zeer terecht in tijden waarin op veel plekken gepoogd wordt mensen terug te duwen in de benauwde hokjes waaruit ze nu juist aan het ontsnappen zijn); aan de andere kant zijn er songs waarin het jezelf kunnen zijn gevierd wordt. De nummers zijn empowering. Deze plaat is een goed medicijn tegen somberte vanwege de staat van onze wereld.

De cast van We Are Lady Parts
Ook schrijver en regisseur Nida Manzoor van ‘We Are Lady Parts’ wil empoweren. Ze maakte de serie die ze zelf als tiener, opgroeiend bij Pakistaanse moslimouders, had willen zien. De punknummers schreef ze ook zelf. In de eerste aflevering is Lady Parts op zoek naar een ‘lead guitarist to elevate sound’. Een man die auditie doet, zegt na een stukje zelfingenomen gepingel: “So, when’s band practice? Always wanted to have an all girl backing band.” Bassist Bisma, met een vertrokken gezicht: “Backing band?!” En drummer Ayesha: “Die, bitch!” Een groep mannen die een band vormt, is gewoon een band. Een groep vrouwen die hetzelfde doet, is een female band, alsof het een subgenre betreft.
Je gender zou als muzikant niets uit moeten maken, maar dat doet het wel. In de app-groep van het muziekforum waar ik voor schrijf worden geregeld grappen gemaakt over de grote hoeveelheid fotografen die afkomt op iets als het Female Metal Event. Vrouwen in de muziek zijn nog steeds in de minderheid. Girls To The Front is er expliciet op gericht om de dominantie van het patriarchaat te doorbreken en de diversiteit te vieren. Ook de Volkskrant wijdde een artikel aan dit project. Typisch dat boven die tekst een foto staat van de organist van Dear Omen waarop alleen haar billen en benen te zien zijn.

Death Sells zangeres Michaela Nitsotoli (foto door Charlotte Grips)
De bandleden van Death Sells vertellen dat op andere gelegenheden waar ze gespeeld hebben, bands vaak met een hun eigen crew bleven hangen, maar dat bij Girls To The Front de verschillende formaties met elkaar mengden. Er was veel herkenning. Je kon hier echt jezelf zijn. Gevraagd naar een nummer dat er uitspringt, zijn ze het alle vier gauw eens: “I’m A Girl” van L.A.Sagne, het eerste nummer op de LP. Weterings: “Het werd meteen meegezongen door de zaal, terwijl het nog maar net uit is.” Bassist Emma Smits: “‘Life On Display’ van Dear Omen vind ik ook heel gaaf, maar eigenlijk is alles heel gaaf. Het past zo goed bij elkaar.” Nitsotoli: “Het nummer ‘Madrid’ van Kate Oram is supercool en refreshing. Eigenlijk helemaal geen punk, meer elektronisch, maar zijzelf is gewoon punk.”
Inmiddels heeft Death Sells met verschillende bands van dit project in Utrecht, Nijmegen en Harderwijk gestaan. Ze hebben fijne contacten opgebouwd. Als het aan hen ligt, wordt Girls To The Front een terugkerend iets. Dat lijkt me een uitstekend plan. Helaas is het nog steeds nodig om girls (in de breedste zin van het woord) naar voren te roepen. Turf maar eens vrouwen (v/x) en mannen bij de line-up van een willekeurig festival of in het tijdschrift dat je in je hand houdt. Vanzelf gaat er niets veranderen. Vaak hoor je zeggen dat wie kwaliteit en talent heeft altijd wel boven komt drijven. Ik citeer hier graag onderzoeksjournalist Zoë Papaikonomou: “Nope. Dit is een hardnekkige mythe van de macht om ongelijkwaardigheid in stand te houden. Er wordt veel talent niet gezien, niet herkend en verspild.” Om te kunnen floreren moet je je welkom voelen en soms moet je expliciet uitgenodigd worden om jezelf te laten zien: ‘Girls to the front!’
‘We Are Lady Parts’ is te zien op NPOplus, seizoen 1 (2022) en 2 (2024)
‘Girls To The Front’ is uitgekomen bij Plato Utrecht Records en is te koop in je lokale platenzaak