Tijdens het eerste nummer van een live-set een snaar breken. Een gruwel voor elke gitarist, zeker als er geen roady voorhanden is die een verse gitaar aanreikt. Het overkwam Kay van de Amsterdamse band Marathon in Burgerweeshuis Deventer.
Een woeste reactie op de heersende wereldellende, dat is de tweede LP van CLAMM. Niet geheel onverwacht want op de eerste plaat ‘Beseech Me’ uit 2021 uitte de band al volop kritiek tegen de gevestigde orde. Nu ruim een jaar later is de urgentie op hun nieuwste album ‘Care’ nog duidelijker aanwezig.
“Ik ben een dokter, met tacker en draad. Ik hecht mijn werk weer in elkaar.” Absurditeit, pijn, humor, verdriet; de Utrechtse kunstenaar Lotte Bierman (22) zet het allemaal in om haar ego te vloeren waarna ze zichzelf weer in elkaar kan zetten.
Series kunnen me niet bekoren. Ik heb het geprobeerd. In de poging de eindstreep te halen, jakker ik er zo snel mogelijk een hoop afleveringen doorheen. Het lukt me zelden. Verveeld haak ik af. Speelfilms vreet ik daarentegen heel graag. Niet alles maakt indruk.
Ruim tien jaar geleden werd ik tijdens een gesprek over Spinvis op Eefje de Visser gewezen door een liefhebber van Nederlandstalige kleinkunstpop. De vergelijking met Spinvis begreep ik na het beluisteren van wat opnames op youtube, maar ze kon zich niet met de maffe bard uit Nieuwegein meten.
Als eerstgeborene moet je het allemaal zelf maar uitzoeken. Geen grote broer of zus als wegbereider en je ouders weten nog maar half waar ze aan begonnen zijn. Daar sta je dan in je eentje, met de druk om er wat van te maken in het leven.
Ergens in 1986 kwam bij het VPRO radioprogramma ‘De Wilde Wereld’ het nummer Born Out of Time voorbij van de voor mij destijds volkomen onbekende band the New Christs. Werd vrijwel direct weggeblazen door deze song, zozeer zelfs dat het nu nog steeds op de eerste plaats staat in mijn lijst.
Goat maakt nieuwsgierig met hun rituele klederdracht en bijbehorende maskers. Sommige bandleden dragen kledingstukken die eruitzien als ware kunstwerken, gemaakt van authentieke materialen, terwijl andere het vrij eenvoudig houden. Hun gezichten zijn stuk voor stuk onherkenbaar.
Productiviteit als bestaansgrond. Elke ideologisch geïndoctrineerde neoliberaal knikt instemmend om zo’n houding. Michel Geelen niet. Hij maakt weliswaar liedjes aan de lopende band, maar: “Het moet geen werk worden, want dan werkt het niet.”
Petje af voor wie nog naar radio 3fm kan luisteren, diepe buiging voor de vaste luisteraar van Radio 2. Megahit na megahit, alles net zo spannend als het functioneren van een parkeermeter, alles aan elkaar gekit met debiliserend gezever. Staatsradio met het propagandakanaal Radio 1 voorop.
In 1992 keek ik naar een band met een peuk en een pint in de rechterhand. Mijn linkerhand mocht doen wat ‘ie wilde, dus ging meestal de lucht in. In 2022 rook ik op straat en binnen kijk ik naar een band met een pint in mijn rechterhand. Veel is er niet veranderd, zou je zeggen.
Hij boekt bands bij de vleet, zet feesten en evenementen op poten en heeft nog tijd voor een interview. Dat Stefan Hoevenaars in Nijmegen het rock’n’roll-vuurtje brandend houdt is een understatement. Als een pyromaan pookt hij tot het vlamt en knettert. Wat bezielt deze man? We zochten hem op.
Een nauwelijks van echt te onderscheiden, met ruwe olie besmeurde en daarom voor zijn leven vechtende pelikaan is één van de blikvangers van Thomas Kuijpers’ multimedia-installatie Volumes uit 2021. Een volume is onder meer een object in 3D, een ding met een lengte, een breedte en een hoogte.
“Als je niet nadenkt, dan lukt het.” Zo werkt het bij skaten volgens No Brainsdrummer Kees. Verstand op nul, blik op oneindig. De bandnaam verwijst naar die mindset als je het hem vraagt. Pas brak hij bij het skaten zijn pols. Toen kon hij even niet drummen. Stilzitten en nadenken ligt hem niet.
Bukblad 1 had een artikel over Gilla Band waarin Mark O. vertelt over zijn bijna mystieke ervaring bij een live-show van deze in donkerte grossierende band. Misty Fields, het kleine, driedaagse festival wist de band te strikken voor de vrijdagavond.
“Hail Satan!” roept zangeres Libby Lux in de microfoon. Ze staat met haar band The Bridge City Sinners op De Kaaij, een jaarlijks oppoppend zomerterras in een infrastructurele uithoek onder de Nijmeegse waalbrug.
Ik ben nooit in Nieuw-Zeeland geweest, maar wel in een snikhete Ekko met de Nieuw-Zeelandse Marlon Williams. De airco was kapot, en met ieder nummer dat hij speelde uit Make Way For Love – een product van zijn break-up in 2018 – verplaatste het zweet op mijn voorhoofd zich richting mijn rug.
Bij het indrukken van de play button op Spotify zet ‘Moving’ in, de openingstrack van het album ‘B flat A’. Deze avontuurlijke reis - zo zal later blijken - begint met een nummer waarbij de drums tot het einde nadrukkelijk op de voorgrond aanwezig zijn.
Een tweeëntwintigjarige bouwcollega straalde van oor tot oor bij het kijken naar een filmpje op zijn mobiel. Ik mocht meekijken. Op een pas gemaaide maisakker is een Toyota terreinwagen via een rafelige kabel verbonden met een kleine personenwagen zonder motorkap.
Vanuit zijn noodzakelijke rolstoel heet hij het publiek welkom middels een kleine buiging en gaat er vervolgens eens goed voor zitten. Ik kijk op YouTube naar deze man, getooid met een oversized muts.
Twee mooie liedjes die behalve Jezus niks met elkaar te maken hebben: Jesus Comes van Charlie & the Lesbians en Jesus was a Cross Maker van Judee Sill. Heel vaak kom je Jezus niet tegen in punkrock. En als je hem er al tegenkomt, dan komt hij er niet al te best vanaf.
Tarek Beshta lijkt betekenis voor te willen blijven. Hij vult doek na doek, vel na vel, maar legt zichzelf niet vast. Hij wil maken, maken, maken. Zijn penseelvoering is muzikaal. Hij soleert op het doek; lyrische uithalen, sierlijke glissando’s en staccato verdichtingen.
De liedjes I don’t Sweat en Karen is a Punk zijn in de basis vergelijkbare two-chorders. Luister ze maar eens een paar keer achter elkaar door. Zou het Rotterdamse Tramhaus één idee op twee manieren hebben uitgewerkt? Mocht dat zo zijn, dan hebben ze dat goed gedaan.
Er is iets gebeurd in de periode tussen de twee langspelers van het Utrechtse garagerockkwartet Pizza Knife. Beide platen flirten weliswaar met waanzin en de eerste uit 2015 haakt daarop ook aan, die kolkt zogezegd mee in de gekte van de wereld.
De festival-industrie beleefde voor de serie lockdowns hoogtijdagen en als de ruimte er dit jaar weer is, zal deze groei zich ongetwijfeld hervatten. Naar een festival gaan betekent even helemaal weg uit de dagelijkse beslommeringen.
Hopla: floortom, basgitaar en slaggitaar starten een dwingend uptempo; de snaredrum tetst. Een paar maten later zet leadgitarist Michiel Klein een limbisch loopje in waarvan hij slechts bij de spaarzame akkoordenwisselingen loskomt.
Vier scholieren uit het Schotse Edinborough startten in 1977 de band (the) Scars. Geïnspireerd door de toen opkomende Punk-beweging, maar al vrij snel ging de sound van de band, mede beïnvloed door een formatie als Roxy Music, de Pop kant op.
Altijd fijn als DWDD een boek aanprees, want dan wist ik zeker dat ik het niet hoefde te lezen. Ik keek geen DWDD, dus dat scheelde al. Maar boekwinkels verkochten boeken met een aanbevelingssticker van die hype-show. Domme actie.
Een doodgewone zaterdagochtend in Utrecht. Het tweede filmfragment tijdens les drie van een cursus filmanalyse veranderde de toch al roerloze aanwezigen in de zaal tot een verzameling zoutpilaren met natte ogen.
Veel kunstenaars verwijzen met hun werk naar de kunsthistorie. Dit doen ze onbewust of bewust en direct of indirect. Zij haken zogezegd aan op het discours, waartegen ze zich tegelijk afzetten of waarvan ze zich (gaandeweg meer) onderscheiden.
Laat mij weten wanneer een nieuwe editie beschikbaar is.